Ondanks de verdoezelaar
Januari 2020
De pas van de bank waar ik nog steeds vanaf moet, verleent me geen toegang tot de sportgrot waar ik me sinds begin vorig jaar drie keer per week in het zweet werk.
Dezelfde kleur. De combinatie van geveinsde onschuld en mijn oranje broek, wekken blijkbaar genoeg vertrouwen om me binnen te laten.
Er zit iemand bij de deur, en dat is op zich verbazingwekkend. Deze locatie is doorgaans onbemand, en vierentwintig uur per dag open. Als ik de dikke lucht peil die er om 11 uur ’s ochtends soms al hangt, vraag ik me af, hoe dat 12 uur later zou zijn.
Letterlijke dikke lucht ook. Jezus, wat stinkt het hier. De verdoezelaars zijn erger dan de bron van de stank. Op een aantal hoeken in de ruimte hangt een servetten dispenser met een flacon desinfecteer ernaast, die alles zou moeten neutraliseren, maar in wezen maakt de geur van het goedje je misselijk, en is het viezer dan de geur van zweet.
Het is druk. Het bruist van goede voornemens in het lokaal.
Waar ik een jaar geleden nog voorzichtig om me heen keek, tussen de biceps en de triceps door, vind ik nu zuchtend mijn matje. Het eerste onderdeel van mijn workout.
De dubbele hernia, die me tot deze plek veroordeelde, houdt zich rustig.
Dat is waarom ik het verdragen wil. Terwijl ik wordt uitgescholden door de afschuwelijke muziek, en de onverdraaglijke stank van de verdoezelaar.
En door het beeld.
Ik zie een meid voor me, omgekeerd, in spreidstand op een apparaat waarop je eigenlijk moet zitten. Ze droogneukt het. Voor mijn neus. Ik geloof niet wat ik zie. Ze pompt haar benen naar binnen en buiten, terwijl ze haar gat de lucht insteekt. Ik grinnik, met respect, want Jezus, ja, ze houdt aan die droogneukerij wel een knap lijf over.
‘Kut, kut, kut,’ zeg ik op de maat van de domme beat, die me het tempo probeert af te dwingen op de crosstrainer. Totdat ik moe word en ‘kut’ plaatsmaakt voor ‘mn’ hart, m’n hart, m’n kuit, m’n hart’. Totdat ik alleen nog maar naar de teller kijk, en de minuten die voor me liggen wil wegdenken.
Gelukkig nieuwjaar.